Personeelstekort in de zorg biedt ook kansen
Afgelopen week hadden Maartje en ik voor het eerst een ‘goed-leven-gesprek’ op Amarant, de zorginstelling waar onze zoon Thijs woont.
Verwanten (denk aan ouders, een broer, een nicht) van de bewoners en 6 personeelsleden van het team, dat Thijs verzorgt, gingen onder de kundige begeleiding van de gedragsdeskundige in gesprek in hoeverre wij, als verwanten (dus niet Thijs, dat is een ander gesprek) ervaren een ‘goed’ leven te hebben op de woning, als we daar zijn. Een geweldig initiatief!
Openhartig en kwetsbaar deelden we over en weer onze ervaringen en gevoelens. Al snel kwam het gesprek op de personeelskrapte. Zoals overal in de zorg is er steeds vaker kunst- en vliegwerk nodig om de roosters rond te krijgen en de minimale basis-zorg te garanderen. Met hart en ziel staan de zorgprofessionals klaar voor de bewoners en ook voor elkaar om soms op een vrije dag een extra dienst te draaien. Tijdens het gesprek werd ik me ineens bewust van hoe toepasselijk ‘de 4 niveaus van betrokkenheid’ zijn, één van de centrale modellen in Transformational Presence (ook wel het DiSCO-model genoemd naar de beginletters van de 4 niveaus).
Kortgezegd zijn er, volgens dit model, 4 manieren hoe je een situatie kunt benaderen. Toegepast op de situatie op de woning van Thijs:
Het Drama – ‘wat vreselijk dat er een personeelstekort is’, ‘dat zou niet zo moeten zijn’ etc.
De Situatie – ‘wat zijn de feiten?’ ‘Wat kunnen we er aan doen?’, hoe lossen we het, al dan niet provisorisch, in ieder geval voor nu, op?’
De Keuze – ‘hoe stellen we ons nu op t.a.v. het personeelstekort?’ ‘Wie zijn we hierin, wat is onze houding?’
De Kans – ‘wat wil hier tot ontwikkeling komen?’ ‘Wat is het (grotere) potentieel dat onze aandacht trekt of vraagt?’
De ervaring leert dat doorgaans de meeste (of alle) aandacht uitgaat naar de 1e twee niveaus. En hoewel oplossingen op de korte termijn zeker nodig zijn, kom je al snel uit bij de geijkte mogelijkheden (uitzendkrachten inzetten, extra diensten draaien door het huidige personeel, een recruitment-bureau inschakelen, etc). Uit het gesprek bleek dat dat voor de verzorgenden meer en meer aanvoelt als ‘moeten’ of ‘gedwongen worden door de omstandigheden’, ‘verre van ideaal’ en ‘hopen dat het lukt’. En ook dat het steeds minder soelaas biedt.
De crux van het model zit hem in het toepassen van het 3e en 4e niveau. Dat vraagt even vertragen en uitzoomen. In het ‘goed-leven-gesprek’ merkte ik de enorme kracht op van het samen optrekken. ‘Samen’ in de zin van de zorgprofessionals én de verwanten. Wat als de verzorgenden de hulpvraag (meer) zouden (durven) gaan stellen en verwanten bijvoorbeeld een deel van de verzorging van hun verwant op zich zouden nemen, al is het maar wekelijks een keer eten geven of naar bed brengen? Of klusjes op zouden pakken (bijvoorbeeld het in- en uitruimen van de vaatwasser, een magazijnkast in elkaar zetten, tuinplanen watergeven, buitenmeubilair schoonmaken, …) zodat dit niet afgaat van de zorg- en aandachttijd voor de bewoners? Wat als het draaien van de woning meer een gezamenlijke inspanning is onder regie van de zorgprofessionals?
Al sinds dat Thijs er zo’n 7 jaar geleden ging wonen bestaat er de term ‘familiezorg’; de wens en de poging om verwanten meer te betrekken bij de zorg voor de bewoners.
Hoewel er in deze periode al vele zaken samen zijn opgepakt wordt nu, door de urgentie van het personeelstekort, de diepte en reikwijdte van het potentieel van écht samenwerken zichtbaar en voelbaar.
Dit vraagt wél een verandering in de houding van eenieder. In termen van het 3e niveau van het DiSCO-model, een andere manier van ‘zijn’: waar voorheen de zorgprofessionals nog de houding hadden van het denken het volledig zelf te moeten doen en de verwanten nog soms wat weifelend aan de zijlijn stonden, staan we nu volledig open voor en naar elkaar en is er sprake van echt samen optrekken, je verbonden voelen, elkaar zien, begrijpen en waarderen.
Met als effect dat de zorgprofessionals zich gewaardeerd en ondersteund voelen en ervaren dat ze er niet alleen voor staan. En voor mij, dat waar ik me voorheen zeker welkom voelde op de woning van Thijs, ik me er nu veel meer thuis voel!
Kom jij weleens in situaties terecht waar de quick fix of gewoonlijke oplossingen of oplossingsrichtingen niet echt meer werken of mogelijk aanvoelen als ‘moeten’, ‘suboptimaal’ en ‘hopen dat het lukt’? Als je dat bij jezelf signaleert, neem dan eens wat afstand en neem breder waar. Wat als er een onderliggende boodschap of kans zou zijn? Luister en voel dan eens aan wat dat potentieel van jou vraagt om het tot leven te brengen. Wie mag je daarin zijn en welke actie mag je dan gaan ondernemen?
In mijn ervaring is dat potentieel er altijd; het enige dat er nodig is, is om er open voor te staan en te gaan luisteren in de breedste zin van het woord.
Ik wens je veel nieuwe ontdekkingen toe de komende week!
P.S.: de foto is genomen tijdens de NLdoetdag van 11 maart waarin we met 16 verwanten de tuin van 4 woningen grondig hebben opgeknapt
In 10 stappen intuïtief coachen
‘Een absolute aanrader voor iedere coach, coachend leidinggevende en iedereen die een ‘next step’ in zijn leven en werken wil bereiken.’
Ans Tros
Oprichter en creatief directeur van SchoolvoorCoaching